Missie, visie en richtinggevende principes
Missie en visie Cornelis Zeemanschool
De Cornelis Zeemanschool onderschrijft de grondslag van de vereniging door de bijbel te zien als Gods woord en als grondslag voor ons onderwijs en identiteit. De school heeft een eigen taak naast de kerk, maar het onderwijzend personeel wenst te getuigen van het goede nieuws door te wijzen op de verlossing van Jezus Christus. We willen de leerlingen leren hoe ze als christen in deze maatschappij kunnen leven. We vinden het waardevol om hen toe te rusten om als christen een plek in de maatschappij in te nemen.
In de bijbel laat God ons zien hoe we als vruchtdragers van de Ware wijnstok mogen groeien en Zijn discipelen mogen zijn.
Johannes 15 vers 1 tot 8
De ware Wijnstok en de ranken
1: Ik ben de ware Wijnstok en Mijn Vader is de Wijngaardenier.
2: Elke rank die in Mij geen vrucht draagt, neemt Hij weg; en elke rank die vrucht draagt, reinigt Hij, opdat zij meer vrucht draagt.
3: U bent al rein vanwege het woord dat Ik tot u gesproken heb.
4: Blijf in Mij, en Ik in u. Zoals de rank geen vrucht kan dragen uit zichzelf, als zij niet in de wijnstok blijft, zo ook u niet, als u niet in Mij blijft.
5: Ik ben de Wijnstok, u de ranken; wie in Mij blijft, en Ik in hem, die draagt veel vrucht, want zonder Mij kunt u niets doen.
6: Als iemand niet in Mij blijft, wordt hij buitengeworpen zoals de rank, en verdort, en men verzamelt ze en werpt ze in het vuur, en zij worden verbrand.
7: Als u in Mij blijft en Mijn woorden in u blijven, vraag wat u maar wilt en het zal u ten deel vallen.
8: Hierin wordt Mijn Vader verheerlijkt, dat u veel vrucht draagt en Mijn discipelen bent.
De wijngaard en de wijnstok zijn Bijbelse beelden van het doel dat God met Zijn schepping heeft. God is Wijngaardenier in hart en nieren. De Heere laat ons in dit Bijbelvers in Zijn hart kijken. Hij doet Zijn werk uit liefde. De wijngaard is Zijn liefste.
Het vrucht dragen kun je vertalen met het ontwikkelen van je talenten. God de Vader heeft ze aan ons gegeven en de vraag aan ons is: wat doe je ermee, hoe ontwikkel je ze? We mogen doen waar we voor bedoeld zijn Bij de ontwikkeling van je talenten staat verbinding centraal. Juist in die verbinding tussen mensen komt talent tot bloei. Leren is ook fouten mogen maken en het de volgende keer anders doen. Je mag weer opstaan. De Cornelis Zeemanschool wil een omgeving zijn waar wij deze talenten tot ontwikkeling willen laten komen en activeren.
Dat geldt ook voor het team. We willen een school zijn, waar elkaar de ruimte wordt gegeven zonder elkaar los te laten. De ruimte tussen de collega’s wordt benut als ontwikkelruimte. Samen leren en woekeren met de gegeven talenten. Als we zo met elkaar werken als team, dan zijn we buitengewoon relevant voor de ontwikkeling van de leerlingen. Voor nu en voor de toekomst en ook voor de toekomst van Urk.
Missie van de Cornelis Zeemanschool
‘Waarde(n)vol & B(l)oeiend Onderwijzen’
Visie gestuurd werken: onze uitgangspunten
Visie gestuurd werken gaat ervan uit dat je een set uitgangspunten hebt, die leidend zijn voor alle beslissingen, die je neemt als school. Het betekent dat je vanuit je diepste opvattingen over het leven (wat een goed leven is volgens jou) het onderwijs vorm geeft en inricht. Deze basisfilosofie geeft richting en ondersteuning zonder dat er sprake is van een vast ‘stramien’ dat zo statisch is, dat het weinig ruimte laat voor creativiteit en vernieuwing (De Vries, 2013).
Als basis geldt, dat we geloven dat de mens is gemaakt om in relaties te leven, in verbinding te zijn. Vanuit onze christelijke identiteit werken we dit in een viervoudige relatie uit; de relatie met God, relatie met jezelf, de relatie tot de ander en de relatie met de schepping en wereld om ons heen.
Bij elk van deze relaties staan Christelijke uitgangspunten die ons handelen sturen en die uitgewerkt zijn in de concretisering van de visie van de Cornelis Zeemanschool.
Visie Cornelis Zeemanschool
In relatie tot God
De Bijbel, Gods woord, is de grondslag van ons onderwijs en waar we over onze identiteit kunnen leren. God is de Schepper van alles wat leeft. Hij is de oorsprong van deze wereld en draagt er ook zorg voor.
God wil dat niemand verloren gaat (2 Petrus 3:19). Hij geeft iedereen de kans om tot Hem te komen. Gods verlangen is dat mensen zich met Hem verzoenen. Het offer van Jezus Christus heeft voor ons die verzoening teweeggebracht. Hij herstelde de schade, kloof die veroorzaakt is door onze zonde. Door Jezus mogen we opnieuw vrede ervaren met God. Dat is Gods verlangen. Het is Gods leidende wil, dat het offer van Jezus Christus, ons bij God zal brengen. (1 Petrus 3:18).
God heeft de mensen geschapen met een vrije wil, maar God vraagt wel om daar verantwoord mee om te gaan (Gal. 6:7-10). God wil ons helpen om goed met onze vrije wil om te gaan. God staat toe dat we goede en verkeerde keuzes maken, maar wenst dat we uiteindelijk ons vrijwillig toewijden aan Zijn doel met ons leven.
Het kennen van God is belangrijk om te weten wat Zijn wil is. Geloven in God is om te ontdekken wat Zijn wil is
Om Gods wil in ons leven te ontdekken heeft God Zijn woord gegeven. De Bijbel is het geopenbaarde woord van God en is een leidraad voor onze weg in dit leven. Het kennen van Gods wil heeft niets te maken met ons gedrag of gewoontes, maar wel met de manier van denken. Wanneer ons denken vernieuwd wordt, ontwikkelen we een nieuwe manier van leven, die steeds meer haar wortels vindt in de gezindheid van Jezus Christus (Fil. 2:5, Jesaja 55:10-11).
Wat God van ons wil wordt samengevat in de volgende uitspraak van Jezus: “Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand. Dat is het grote en eerste gebod. Het tweede is daaraan gelijk: heb uw naaste lief als uzelf’ (Mattheüs 22, vers 37-40).
De relatie met de Drie-Enige God, de liefde voor jezelf en de ander staat centraal en is waardevol voor ons onderwijs.
In relatie tot jezelf
God heeft de wereld zo liefgehad dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegevens omdat een ieder die in Hem geloofd niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft (Johannes 3:16). Je bent gewenst, geliefd en geënt in het verlossingswerk van Jezus Christus.
God heeft ons gaven en talenten gegeven die we mogen ontwikkelen om te mogen worden wie we zijn in Christus om God te eren en jezelf en de naaste te dienen.
De kinderen benaderen we als unieke en waardevolle personen en we stimuleren ze in het (her)kennen, inzetten en ontwikkelen van talenten en kernkwaliteiten (persoonsvorming van binnenuit). Daarmee hebben we volwassenheid en zelfstandigheid op oog, zodat ze verantwoordelijkheden in de wereld op kunnen pakken.
We bieden onderwijs, waarin leerlingen zich veilig voelen en vertrouwen ontwikkelen in zichzelf, dat gericht is op het zo optimaal mogelijk ontwikkelen en ontplooien van talenten en kernkwaliteiten en het leren omgaan met eigen beperkingen.
Het onderwijsaanbod wordt zo specifiek/ haalbaar mogelijk afgestemd op de onderwijsbehoeften en (on)mogelijkheden van leerlingen.
In relatie tot de ander
God schiep de mens naar Zijn beeld (Genesis 1:27) met eigen gaven en talenten. De gaven mogen we inzetten om elkaar te dienen om zo Gods rijkdom van genade aan elkaar door te geven (1 Petrus 4:10). Door andere mensen te dienen geef je handen en voeten aan het dienen van God. Je bent dienstbaar met wat je van God ontvangen hebt.
In de gelijkenis van de “Barmhartige Samaritaan” roept de Here Jezus ons op om onze naaste lief te hebben (Lucas 10: 30 – 36). We moeten oog hebben voor elkaar door zorgzaam te zijn en elkaar willen helpen. We hebben elkaar nodig en dragen naar elkaar toe verantwoordelijkheid. Daarbij vinden we vergevingsgezind en eerlijk zijn belangrijk en gaan we met respect met elkaar om.
Alle ouders, leerkrachten en leerlingen zijn welkom, waarbij we vragen om respect hebben voor de christelijke grondslag en visie zoals in dit document is uitgewerkt. We willen vanuit onze christelijke visie leerlingen goed onderwijs geven en begeleiden om zich te ontwikkelen. Daarvoor zijn we samen met de ouders/ verzorgers verantwoordelijk. We vormen met ouders een opvoedgemeenschap rond het kind.
In relatie tot de schepping
We hebben zorg voor wat ons in de wereld als schepping van God is toevertrouwd. In de bijbel staat dat de mensen over de aarde mogen heersen (Genesis 1:28). Heersen betekent dat we er verantwoordelijkheid voor hebben, de aarde mogen ontwikkelen en op een goede manier met de aarde moeten omgaan en het is een uitnodiging om ervan te genieten en te ontvangen.
We hebben de aarde in bruikleen en moeten daar als goede rentmeesters voor zorgen. Dat heeft consequenties voor ons gedrag en handelen en de keuzes die we maken. We willen de kinderen ook leren hoe ze als christen in deze maatschappij kunnen leven als het gaat over klimaatveranderingen en milieubeheer
Visie burgerschap
Onze visie op burgerschap valt samen met de uitwerking van de vier relaties. Het feit dat we werken vanuit relatie geeft aan dat we verbondenheid belangrijk vinden. Sociale cohesie ervaren we vanzelfsprekend met mensen, die dezelfde uitgangspunten onderschrijven, maar beperkt zich daar niet toe: onze zorg voor (mede)mens en wereld herkennen we breed in de samenleving. De maatschappelijke taak van het christelijk onderwijs is te typeren met enerzijds het begrip “nabijheid” (namelijk ten positieve bijdragen vanuit de vier relaties) en anderzijds met de aanduiding “distantie” (namelijk vanuit het besef dat de maatschappij waarin wij leven – net als wijzelf- zondig en tijdelijk is en herstel nodig heeft). Daar waar spanningen of dilemma’s ontstaan binnen school of met maatschappelijke verwachtingen is onze houding constructiever erop gericht om er samen uit te komen; deze attitude wordt ook aan leerlingen meegegeven.
Als christelijke school kiezen we voor een christelijk burgerschap. Dat wil zeggen dat leerlingen vanuit een Bijbelse visie worden voorbereid op het participeren in de pluriforme, multiculturele maatschappij en leren leerlingen omgaan met verschillende mensen en levensbeschouwingen. De school wil leerlingen leren aan de hand van de Bijbel concreet gestalte te geven aan een christelijke levenshouding. Leerlingen worden gestimuleerd om niet het eigenbelang als uitgangspunt te nemen, maar zelfstandig en actief verantwoordelijkheid te dragen voor de belangen van de gemeenschap in en buiten de school. Belangrijke aspecten, die we daarbij bespreekbaar maken zijn vreemdelingschap, dienstbaarheid, rentmeesterschap en leven in eeuwigheidsperspectief.
Richtinggevende principes
Vanuit de vierslag heeft het team van de Cornelis Zeemanschool richting gevende waarden of uitspraken opgesteld die praktisch sturing geven aan gedrag en het handelen. Deze richting gevende uitspraken helpen ons om de toepassing naar het alledaags handelen vorm te geven.
Richtinggevende principes:
In relatie tot God
- Ik wil bij leerlingen het verlangen wekken om de Heere persoonlijk te leren kennen
- Ik wil leerlingen leren omgaan met vergeving en vergeven worden.
In relatie tot jezelf
- Ik wil leerlingen ondersteunen om tot groei en bloei te komen
- Ik wil leerlingen helpen om goed en kwaad te onderscheiden te leren kiezen voor het goede (wilsontwikkeling)
In relatie tot de ander
- Ik wil leerlingen leren dat ieder uniek is en dat daarom een ander er mag zijn
- Ik wil leerlingen laten ervaren dat we als school en daarbuiten er met en voor elkaar zijn
In relatie tot de schepping
- Ik wil leerlingen leren verantwoordelijk te zijn voor hun leefomgeving, zowel binnen als buiten.
- Ik wil leerlingen leren om maatschappelijk betrokken te zijn: versterken van het goede en herstellen van het kwade